De kamishibai (kah-mee-she-bye) zou ontstaan zijn in de jaren dertig, maar het maakt eigenlijk deel uit van een zeer oude Japanse traditie van verhalen vertellen met plaatjes.
De eerst versies van de kamishibai waren niet gemakkelijk te vervoeren, maar eind de jaren twintig werd een vorm van kamishibai ontwikkeld door gebruik van een klein houten podium dat aan een fiets kon worden vastgemaakt en van stad naar stad kon worden vervoerd. De kamishibai-verteller verdiende zijn brood met het verkopen van snoep, en hij bracht zijn verhalen als een reeks zodat het publiek steeds weer terugkwam om snoep te kopen en de volgende aflevering van het verhaal te horen. Net zoals voorlopers van kamishibai gemodelleerd waren naar populaire vormen van traditioneel theater, zoals kabuki, gebruikte deze nieuwe vorm technieken en verhaallijnen uit populaire films. Veel van de artiesten hadden als benshi (vertellers voor stomme films) gewerkt en toen de geluidsfilm zijn intrede deed in Japan, richtten ze zich op kamishibai om in hun levensonderhoud te voorzien.
Kamishibai is het theater van de arme man en het bloeide op in een tijd dat Japan te kampen had met extreme financiële problemen. In de jaren dertig maakte Japan een economische depressie door. Als gevolg hiervan bevonden vele mensen zich van de een op de andere dag op straat en moesten zij zich zien te redden. De kamishibai bood artiesten en verhalenvertellers een weliswaar karig inkomen.
Tijdens en na de Tweede Wereldoorlog werd kamishibai een steeds wezenlijker onderdeel van de samenleving als een vorm van entertainment dat naar schuilkelders en zelfs verwoeste buurten kon worden gebracht. In deze tijd was het zowel entertainment voor volwassenen als voor kinderen.
Tegen de jaren vijftig en de komst van de televisie was kamishibai zo populair geworden dat televisie aanvankelijk werd omschreven als denki (elektrische) kamishibai. Naarmate Japan welvarender werd, ging men kamishibai steeds vaker met armoede en achterstelling associëren. Het snoepgoed van de kamishibai-verteller werd als onhygiënisch beschouwd en de verhalen als smakeloos. Ouders en opvoeders drongen er steeds meer op aan om kamishibaiverhalen in te zetten voor educatieve doeleinden en vandaag de dag worden de kamishibaiverhalen die in Japan worden gepubliceerd voornamelijk verkocht aan scholen en bibliotheken. Intussen is kamishibai als straatkunst vrijwel volledig uit het straatbeeld verdwenen. De kunstenaars die hun brood verdienden met kamishibai richtten zich op lucratievere bezigheden, met name het creëren van manga (stripboeken) en later anime, maar ze zijn hun wortels in de kamishibai-traditie nooit vergeten.
Tara M. McGowan, kamishibai man
Copyright Terènce van Driel. All Rights Reserved - Website aangedreven door windenergie.